Jaap Vlaming (ex-TX 48) in gesprek met zijn eilandgenoten over verbetermogelijkheden aan de pulskor. Vlaming is acht jaar betrokken geweest bij het pulskorproject.  Zo zijn de netten aangepast aan een vierkant wekveld (was eerst rond), zijn er lichtere netten ingestoken (,,dat kan nog lichter, want er komt geen kracht op, kijk maar: met de huidige netten wordt al anderhalf jaar gevistu2019u2019) en is het achternet ingekort.
Jaap Vlaming (ex-TX 48) in gesprek met zijn eilandgenoten over verbetermogelijkheden aan de pulskor. Vlaming is acht jaar betrokken geweest bij het pulskorproject. Zo zijn de netten aangepast aan een vierkant wekveld (was eerst rond), zijn er lichtere netten ingestoken (,,dat kan nog lichter, want er komt geen kracht op, kijk maar: met de huidige netten wordt al anderhalf jaar gevistu2019u2019) en is het achternet ingekort.

Al meer enthousiasme voor pulskor

Algemeen
IJMUIDEN/SCHEVENINGEN – Vijftien visserlui hebben vorige week de laatste kans gegrepen om een dagtrip met de UK 153 te maken en de pulskor in de praktijk te zien. De verlengde proef duurt tot 1 oktober. Ondernemers staan voor de keus om een belangrijke investering te doen. Minimaal zestig procent van de investering zal zelf gedragen moeten worden, zo maakt Jan van Dijk van het Ministerie van LNV aan boord duidelijk. De overheid onderzoekt de mogelijkheid om pioniers – de eerste groep – een extra steuntje in de rug te geven.

Een tiental Texelaars en een handvol Urkers waren vorige week dinsdag, woensdag of donderdag te gast op de UK 153. Peter Tanis moest zich als enige zuienaar afmelden om de bemanning van de GO 37 op peil te houden. Vooral op Texel is er belangstelling voor de pulskor. Dat heeft alles te maken met de relatief grote tongcontingenten op het Noord-Hollandse Waddeneiland.

De elektrodendragers zijn 6 meter lang en het wekveld 3,5 meter. Vanuit IJmuiden werd om negen uur koers gezet naar zee. Bij het uitzetten net buiten de 12 mijl valt de weerstand van het tuig op: op de buizen zijn zes transformatorbakken aangebracht plus een waterdichte elektriciteitskast. Als de netten onder water zijn, zet schipper Pieter Louwe van Slooten de stroom op het wekveld. Het gevraagde vermogen per net komt overeen met drie bouwlampen. Daarmee kan binnen een vastgestelde bandbreedte gevarieerd worden. Zo is in de winterdag wat meer stroom nodig, want dan heeft een koudbloedige vis sterkere prikkels nodig. Op de computer wordt dat allemaal grafisch weergegeven. In een van de netten zijn twee bovenstukken van de elektroden stuk, zo is te zien. Dat is makkelijk zelf te vervangen. De bedrijfszekerheid is na de aanpassingen afgelopen voorjaar enorm toegenomen. Zo zijn de printplaten sinds maart niet meer vervangen.

Omdat het MARIN bezig is met een vermogensmeting moet er eerst met volle kracht getrokken worden. Dat komt de visnamigheid niet ten goede. Bij een snelheid van 7 mijl geeft de brandstofverbruiksmeter voor tij 330 liter per uur aan. Als een kwartiertje daarna het sein wordt gegeven dat terug kan naar de normale snelheid voor de pulskor van 5,2 mijl per uur geeft de brandstofmeter een verbruik van 130 liter aan. Wanneer de kotter bijdraait is het brandstofgebruik 175 liter. Het gevraagde motorvermogen ligt zo rond de 900 pk, nooit meer dan 1.200 pk. Dat verklaart ook de enorme brandstofbesparing. De eerste trek is aan de bovenkant van het ‘munitieveld’, op water van 20-22 meter diepte en met een temperatuur van 18 graden. Na tachtig minuten wordt er gehaald. Het blijkt de beste trek sinds weken te zijn geweest met 65 kilo tong, 10 kilo tarbot en en half mandje schol. Opvallend mooie vis, zo oordelen de Texelse specialisten aan boord. En met weinig discards. Wat te klein is gaat met behoud van de slijmlaag springlevend weer overboord. De tweede trek van honderd minuten is goed voor 40 kilo tong en een halve mand schol. De derde en laatste van deze dag van net zestig minuten is goed voor 30 kilo tong.

ICES (Internationale Raad voor Onderzoek der Zee) heeft vorige week een positief antwoord gegeven aan de Europese Commissie op vragen over gevolgen van het gebruik van de pulskor op de platvisstand. In de rapportage staat dat wanneer de hele platvisvloot over zou schakelen op de pulskor, op termijn de scholstand met 34 procent zal toenemen en de tongstand met 21 procent. Jan van Dijk van het Ministerie van LNV liet vorige week aan boord van de UK 153 weten in z’n sas te zijn met dit antwoord. Maar in het rapport staat ook dat de ICES zich zorgen maakt over de gevolgen van de pulskor op vis en andere organismen die met het wekveld in aanraking komen, en daarom wordt nader onderzoek nodig geacht.

Vorige week vrijdag kwam een delegatie van de Europese Commissie aan boord van de UK 153 om vanuit Scheveningen één trek mee te maken en de pulskor in de praktijk te zien. ,,We willen laten zien dat we goed bezig zijn en dat de pulskor een verantwoord alternatief is’’, aldus Jan van Dijk. Voor uitleg waren daarom ook bioloog Marnix van Stralen, econoom Kees Taal van het LEI en Ronald van Boven van de AID aan boord. Die EC-delegatie bestond uit zes personen, waaronder de Spanjaard Ernesto Penas (bestandsbeheer) en de Maltezer Patrick Tabone (chef kabinet). Volgens gastheer Albert Vermuë (directeur Visserij) waren de EC-vertegenwoordigers zeer geïnteresseerd en was het een positief gesprek. Dat wil echter niet zeggen dat de toestemming voor gebruik van de pulskor ‘in de knip zit’. Zo blijven er nog vragen over de gevolgen van het gebruik van elektriciteitspulsen op kabeljauw, roggen en haaien. Bij de Directie Visserij is echter goede hoop dat de Europese Commissie eind dit jaar akkoord zal gaan met het uitbreiden van de pulskorvisserij tot een nader te bepalen aantal schepen.

REACTIES VISSERS

Maarten Drijver (TX 33): ,,De stemming aan boord was positief. En ook ik ben positief gestemd. Ik ken de aversie bij collega’s aan de wal tegen de pulskor. Maar wij kijken er serieus naar om er in te investeren en we hebben al een offerte-aanvraag naar Verburg de deur uit. Een eindoordeel kan ik natuurlijk pas geven als ik alle cijfers op een rijtje heb. Ik ben er van overtuigd dat op het moment dat een groepje er mee aan de slag gaat, er nog veel meer voordeel uit te halen valt. Je moet dan vanzelf wel informatie met elkaar willen delen en zo elkaar sterker maken. Ik heb op de UK 153 met name goed gelet op de brandstofverbruiksmeter, en alle verbruiken genoteerd: in tij, voor tij, half tij, enzovoort. Gemiddeld was het gebruik 160 liter. Dat ziet er dus goed uit. Over de visserij kan ik geen mening geven. We lagen niet in een vlootje, dus je hebt geen vergelijk.Wel zag ik dat de vis kwalitatief goed was, met een mooie slijmlaag. En de boxen waren opvallend schoon. Met een betere stroomlijn is er nog meer winst te halen, want je ziet nu een enorme zwel bij het uitzetten. En ook is er winst te halen in het optimaliseren van de voortstuwingslijn omdat je minder pk’s nodig hebt.

Adrie Vonk (TX 1): ,,Wij zijn hartstikke enthousiast. We hebben een leerzame en gezellige dag gehad en deden mooie trekken. Ik was onder de indruk van de techniek, ook van de lieropstelling achterop. Dat is een heel willie-wortel ding. Voor ons is het wel een vast gegeven dat we als tongvisser met het pulstuig de toekomst in kunnen. We zijn betrokken, er heel serieus mee bezig en overwegen sterk om tot aanschaf over te gaan. Maar we hopen wel op minder weerstand, en het zal dus wel een ander boomkortuig worden. Zoals bijvoorbeeld de vleugel ofwel de sum-wing zoals we hier op Texel zeggen.’’

Marco Ellen (TX 5): ,,Ik was nieuwsgierig. Wij zijn niet in de positie om als eersten met de pulskor te gaan vissen. Maar we zullen wel met onze tijd mee moeten gaan. We vingen in drie trekjes prachtig mooie vis. Dus wie weet. Zeg nooit nooit.’’

Jan de Boer (Visserijcoöperatie Urk/UK 95): ,,Ik heb de pulskor nu voor het eerst in de praktijk gezien. Het was erg verhelderend. Het beeld van een paar korte trekjes was gewoon goed. De vis was echt prachtig, eigenlijk zonde dat die in 40 kilo kisten in de massa gaat. Het zijn ‘goudvisjes’, en die moet je ook als zodanig behandelen. Ik zou zeggen: plak er een exclusiviteitssticker op, gegarandeerd dat de markt er voor betaalt. Omdat je met dezelfde spreiding, maar met minder snelheid vist, kun je echter nooit meer vangen dat je buurman met de bokken. Want je legt 2-2,5 mijl minder af. Wat mij betreft moet die achterstand opgelost worden door een pulskorvisser toe te staan met meer spreiding te vissen. Ik zou zeggen: bomen van minimaal 15-16 meter. Ook is het nodig om een ander vistuig te ontwikkelen. Het tuig op de UK 153 heeft door de trafo-bakken en elektriciteitsbak op de boom een enorme weerstand. Dat moet veel gestroomlijnder kunnen.We hebben ons nog niet kunnen verdiepen in de (onderhouds)kosten, en alle cijfers moeten nog op tafel om een oordeel te kunnen vormen over de exploitatie.’’

Evert Jan van Slooten (boekhouder UK 226, UK 227, NG 12, R 450 K): ,,Mijn mening is eerlijk gezegd wel bijgedraaid. Toen ik het tuig zo op dek zag liggen, dacht ik: wat moet dit worden? Het lijkt allemaal heel grof, ook met zo’n grote bak op het tuig. Maar het uitzetten, vissen en binnenpakken liep allemaal heel goed vorige week. En als ik kijk naar het brandstofverbruik van 150 tot 200 liter per uur dan is dat de helft van onze schepen. En voor de vangsten ben ik ook niet bang. We vingen in vijf kwartier toch 45 kilo tong met 10 kilo tarbot. Mooie levendige vis. De kwaliteit is ook beter dan met de boomkor, simpel zat. Er zijn natuurlijk nog wel een aantal problemen: de scholvisserij blijft achter, de aanschaf is hoog en de financiële risico’s bij vastlopen zijn groot. Zo’n tuig is niet te verzekeren. En gelet op de elektronica heb je dus een giga-probleem als je het verspeelt. Om te overleven zullen we echter wat moeten doen. Als we niks doen, gaat de boomkorvloot failliet. Ondanks dat de olie nu wat zakt. Wij hebben ook onderzocht om een van onze bokkers om te bouwen als snorder. Maar ook dat is een risico en ook dat vergt een grote investering. Als ik dat plan naast de pulskor legt, is de pulskor een betere optie. Want met de pulskor kunnen wij ons quotum beter benutten. Het ligt er natuurlijk ook aan, wat doet Veerman? Met subsidie op de pulskor wordt het allemaal een heel ander verhaal. En als er meer collega’s mee doen, kan het tuig nog goedkoper. Alles overziende sta ik er nu dus best positief tegenover.’’

Hendrik de Vries (UK 67): ,,We zijn meegeweest om ons licht op te steken. Mijn oordeel is gematigd positief. Het vissen lijkt heel goed te gaan, we hadden er de eerste trek een dikke mand tong in. Maar...voor de installatie wordt een prijs genoemd van 340.000 euro, en dan moet het nog geïnstalleerd worden. Daarvoor zijn menigeen z’n vingers te kort. Er zal dus nog wat van de prijs af moeten. Zonder subsidie zal het niet gaan. In het kader van verduurzaming moet er toch overheidssteun mogelijk zijn. Want je gaat naar minder energieverbruik. Het is nu al met al een hele installatie als je de pulskor zo aan dek ziet liggen, en ook daarin is nog een verdere ontwikkeling nodig. Maar als het betaalbaar wordt, dan zie ik het best zitten.’’

Meindert Kramer (UK 87): ,,Vooraf had ik het gevoel: ik denk niet dat het wat kan worden met elektrisch vissen. Maar nu ik het gezien heb zoals Pieter Louwe het voor elkaar heeft, moet ik zeggen dat ik er anders tegenover ben gaan staan. Vooral voor de tongvisserij denk ik dat er wel toekomst in zit. Vooral als meerdere vissers mee gaan doen en je een samenwerkingsvlootje gaat vormen. Ik vrees dat we als boomkorvissers allemaal een keuze zullen moeten maken, omdat we bokken in de huidige vorm niet vast kunnen houden: is het niet vanwege de milieulobby, danwel vanwege de olieprijzen. Wij hebben dit jaar bij de hermotorisering van de UK 87 al voorbereidingen getroffen voor flyshooten. Maar ombouwen van bokker tot flyshooter redt je ook niet voor vijf ton.’’

Rinke Oost (UK 292): ,,Ik ben erg geïnteresseerd. Het was de moeite waard. Maar het is moeilijk om er na drie trekken met prachtig mooi weer een oordeel over te geven. Ik zie nog veel haken en ogen. Hoe is het met windkracht zeven? Hoe is de visserij in de winterdag. Als ik de besommingen zie van een referentieschip als de UK 45, dan kan de UK 153 lang niet meekomen. Ook niet na aftrek van de brandstofbesparing. Ik ben dus voorzichtig. Want stel dat we allemaal ‘hosanna’ roepen, vallen we dan niet in ons eigen zwaard? Zo krijgt de groene beweging – daar word je stapelidioot van – immers een extra argument in handen om de wekkers te verbieden. Er wordt nu gesproken over extra steun voor de eerste tien. Maar dat is niet fair, want we zitten allemaal in hetzelfde schuitje. Aan het tuig zal trouwens nog wel veel verbeterd moeten worden. Brussel zal overigens eerst nog toestemming moeten geven. Bijna de hele EU is tegen gebruik van elektriciteit bij de visserij, en dan nu niet bij de boomkor? En stel dat het mag en we straks allemaal met de pulskor moeten vissen: hoe zal het ecosysteem daarop reageren? Ik weet het nog niet of we er met de pulskor wel uit zijn. Liever zag ik dat de olie nog verder ging zakken.’’

Sijbrand van der Vis (TX 43): ,,Eigenlijk had zoon Biem dit moeten zien. Maar dat ging effies niet. We hebben daarom veel foto’s gemaakt om het goed te kunnen laten zien en te bespreken. Als ik niet naar de prijs hoefde te kijken zou ik er zo aan beginnen. Vooral Biem is best vooruitstrevend. Ik denk wel dat dit het wordt. Vooral ook gelet op de toenemende aversie tegen het gebuik van wekkers. Voor de ‘groenen’ moet het pulskortuig wel een pracht zijn. Zag je, dat alle kleine vis weer springlevend terug in zee ging? En wat ook telt: er is nu nog maar één proefkotter mee bezig, als straks meerderen er mee vissen wordt het tuig alsmaar beter. Het is wel een duur tuig. Maar voor ombouw tot twinrigger ben je meer kwijt. Dat is voor ons als tongvisser echter ook geen optie.’’

Pieter Aris van der Vis (TX 68): ,,Ik geloof dat dit een goed alternatief is. Maar misschien hebben we ook wel weinig keus. Als we straks alleen nog gecertificeerde vis in de markt kunnen zetten, vrees ik dat er weinig plaats is voor de traditionele boomkor. Zoals ik het bekijk wordt de pulskor de toekomst. Ik wil ook best bij de eerste tien zijn, als straks de goedkeuring voor de pulskor uit Brussel komt. Onze bank staat er ook positief tegenover. Je ziet het zelf, het is wel een effectief vistuig voor op een tongetje. Ook zwartvis kun je er goed mee vangen. Dus voor de dure vis zit het wel snor. En ik geloof dat het met de schol ook nog wel beter kan.’’

Jac Betsema (TX 38): ,,Voor een investering van pakweg 3-4 ton wil ik eerst meer weten. Want het gaat om het resultaat over het hele jaar. Hoe doet de pulskor het bijvoorbeeld straks in de winter? Maar als ik het cadeau zou krijgen, begon ik er direct mee. In combinatie met de ‘vliegkor’ verwacht ik dat er nog meer rendement uit te halen valt.’’

Jaap van der Vis (TX 36): ,,Ik word al enthousiaster. Hier kun je gewoon niet negatief over zijn. En onze bank heeft er ook vertrouwen in. Ik hoop dat we op de lijst van starters komen te staan en kunnen profiteren van overheidssteun. Wij willen dus bij de eerste tien zijn. Zelf denk ik dat er nog veel winst in de weerstandvermindering te halen valt.’’

REACTIES MEEDENKERS

Naast een aantal vissers waren ook technici uit de visserij aan boord. Zoals Ad de Bruin, technisch adviseur van de Federatie van Visserijverenigingen. ,,Als vangstmethode sta ik zeer positief tegenover de pulskor. Het huidige tuig zie ik echter als een ‘proof of concept’, een fysiek bewijs dat de pulsvisserij werkt. Maar het lijkt nog niet helemaal hapklaar voor de klanten. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de vorm van de kor. Nu zijn de sloffen ten opzichte van de boom gefixeerd, waardoor extreme en geconcentreerde mechanische belastingen optreden. Dat zie ik als een euvel. De connectors zijn ook nog een teer punt, en daar moet en kan ook het een en ander aan verbeterd worden. Dat geldt ook voor de elektroden, waarop ik sporen van corrosie en/of cavitatie constateerde. Dat zal overigens technisch best allemaal goed op z’n pootjes terecht komen’’, aldus De Bruin. De technicus wil buiten de techniek om ook nog een tweetal kanttekeningen plaatsen: ,,Voordat je praat over investeringen zal er eerst een all-in beeld moeten zijn van de economische haalbaarheid, ook in de toekomst. Dat is er nog niet. Is het pulskor-tuig concurrerend genoeg ten opzichte van een wekker-tuig? Daarnaast is het nog maar de vraag of we met de pulskor de maatschappelijke en ook politieke druk op de boomkor voldoende wegnemen en genoeg goodwill kunnen compenseren. Dit is uitermate belangrijk om uiteindelijk vanuit Brussel groen licht te kunnen verkrijgen.’’

Kees Noordijk van de verkoopafdeling van Maaskant in Stellendam was blij dat hij mocht inschepen om de pulskor in de praktijk te aanschouwen: ,,Vistechnisch heb ik onvoldoende kennis, maar zoals ik het nu gezien heb lijkt het mij voor een deel van de boomkorvloot een alternatief om de toekomst mee in te gaan. Voor de tongvissers in de zuid wordt dit echter moeilijk. Ik was geïnteresseerd om in de praktijk te zien hoe we deze vismethode verder kunnen optimaliseren. Het tuig en kabel werken perfect, dat is wel duidelijk. De grote vraag is hoe een pulskorvisser de schrale periodes kan overbruggen. Tussendoor moet je dan omschakelbaar zijn om bijvoorbeeld te kunnen twinriggen en/of snorren. Daarom ‘broeien’ we op een kleiner multifunctioneel ontwerp met lagere exploitatiekosten waarvan de pulskor de basis is.’’

Henk Redert (Scheepvaart en Transportcollege Stellendam): ,,Het is een prachtige visserij op plekken waar-ie bruikbaar is. ‘k Ben erg benieuwd of de pulskor ook in de stenen bruikbaar is en wat er dan gevangen kan worden. Het is echt een hele mooie methode met als resultaat springlevende vis, veel minder bodemvuil en, wat ook belangrijk is, discards die levend overboord gaan. Ik heb gezien dat de pulskor ook al behoorlijk ver is doorontwikkeld. De controle op het functioneren van het vistuig is heel groot. Als er een elektrode uitvalt zie je dat en kan je deze bij gunstige weersomstandigheden in tien minuten vervangen. Ook de stand van de sloffen kun je zien. Verder vind ik het brandstofverbruik erg interessant. Als je dat van ruim 300 liter naar de helft kan terug brengen scheelt dat fors in de onkosten. Ik denk dat de pulskor voor een aantal vissers in Goedereede goede mogelijkheden voor de toekomst biedt.’’